De Tweede Wereldoorlog, 1944. Kapitein Klaus Muller vecht om te overleven aan het oostfront, samen met zijn broer Anton en hun vrienden. Omsingeld door overweldigende Russische troepen raakt Klaus gewond en wordt naar Frankrijk gestuurd, vlak voor de geallieerde invasie. Daar wordt Klaus geconfronteerd met het ergste van de oorlog en een verdachte Gestapo-agent met een persoonlijk belang om van Klaus af te komen. Terwijl hij gefrustreerd bezig is met de voorbereiding van de verdediging van de Atlantikwall, zetten Amerikaanse parachutisten zich schrap voor D-Day.

Najaar 1944. De Slag om de Schelde is gaande. Een grote zeeslag vindt plaats in Zeeland en West-Brabant. De slag is beslissend voor het verloop van de Tweede Wereldoorlog. In de bloedige strijd kruisen de wegen van verschillende personen elkaar. We volgen onder andere Marinus, een jonge Nederlandse man die aan de kant van de Duitsers vecht. Ook volgen we William, een verdwaalde Britse zweefvliegtuigpiloot en Teuntje, die deel uitmaakt van een verzetsbeweging.

Dunkirk begint wanneer honderdduizenden Britse en geallieerde troepen omsingeld zijn door de vijand. Teruggedreven naar het strand, met hun rug naar de zee, bevinden zij zich in een onmogelijke situatie nu de vijand nadert.