Na het smelten van de poolkappen ontstaat er een tsunami die Hongkong verwoest. Slechts een reeks hoge gebouwen resteren en steken boven het water uit. Asha overleeft door drijvende overblijfselen van de oude wereld op te ruimen en zich koest te houden. Haar overlevingsinstincten worden op de proef gesteld wanneer ze een klein meisje ontmoet en roofzuchtige mannen moet ontwijken die in dezelfde wateren patrouilleren.

De dochter van een gouverneur verdwijnt spoorloos. Een beruchte crimineel moet noodgedwongen naar haar op zoek en haar veilig thuisbrengen. Hij moet hiervoor de vloek doorbreken die op het geestenrijk rust, de plek die hij dient te betreden. Als hij er niet in slaagt zijn opdracht uit te voeren wordt hij door de granaten die hij met zich meedraagt opgeblazen.